De Trouwe Wachter - Tienhoven |
Tienhoven uitgezocht om de natuur en de zon te combineren. Het was lekker rustig, op de krijsende sterns, de schreeuwende Grauwe ganzen en de racefietsers na. De zon ging wel onder, maar niet spectaculair.
Op weg naar de natuur langs de poldermolen De Trouwe Wachter gelopen. De molen mist op dit moment een deel van zijn wieken. Niet vreemd omdat de molen gerestaureerd wordt.
In 2007 was mijn neef Dirk van Garderen over uit Nieuw Zeeland. Bij een bezoek aan de molen, bleek dat een ver familielid molenaar is geweest in De Trouwe Wachter.De Trouwe Wachter
Aan de Dwarsdijk gelegen wipwatermolen, aan drie zijden door water omgeven. De molen heeft een bakstenen fundering en een onderbouw van hout met riet gedekt. De molen is opgebouwd vanuit een vierkante piramidevormige onderbouw, met daarboven bijna een kubusvormig bovenhuis of kop. Deze kop, van groen geverfd hout, is afgedekt met een tonvormige dakconstructie waarvan de beplanking is uitgevoerd in gepotdekselde betimmering. Het meest kenmerkende aan deze molen is de zogenaamde schepradkast aan de zuidzijde van de molen. Het oorspronkelijke scheprad is inwendig gesloopt, behalve het bovenwiel.
De molen heeft bijna 115 jaar dienst gedaan als watermolen voor het inmiddels opgeheven waterschap ‘De Oostelijke Binnenpolder van Tienhoven’. Thans is de molen niet meer maalvaardig omdat het zogenaamde gaandewerk er in de vijftiger jaren ten behoeve van een ruimere bewoning is uitgesloopt. De ondertoren heeft wel altijd een woonfunctie gehad zoals dat in de vroegere jaren bij dit molentype gebruikelijk was.
Historische gegevens
Arie van Garderen |
De vroegste vermelding van De Trouwe Wachter gaat terug tot 1831. De heren J. Timmer en H. Manten gaan dan naar Gorkum en Vianen om aldaar een overbodige molen te kopen. De molen is bestemd voor de nieuw ingedijkte polder Tienhoven, later genoemd Oostelijke Binnenpolder.
De bouw vindt plaats in 1832 en de totale bouwsom bedraagt ruim ƒ 6.000,-. Als eerste molenaar wordt P. van de Brink aangesteld tegen een jaarsalaris van ƒ 45,-. Daarnaast ontvangt de molenaar een vergoeding van ƒ 15,65 voor de aanschaf val olie en varkensreuzel om de assen mee te smeren.
In 1846 wordt Arie van Garderen aangesteld als molenaar. Het eerste telg uit het molenaarsgeslacht dat tot het eind van de bemalingstaat van de molen hier nauw mee verbonden zou blijven. (bron Historische Kring Maarssen)
De Trouwe Wachter - winter 2010-2011 |
Hallo Huib,
BeantwoordenVerwijderenIk wil graag een expositie maken van de Visserij op Tienhoven,
Ter gelegenheid van het 100 jarig bestaan op zaterdag 10 september.
Wat ik u wil vragen:
Heeft U verder nog oude foto’s van de (brood) Visserij die ik nog niet heb?
Of oude documenten van de Visserij?
de foto die u bij dit bericht hebt gezet van Arie van Garderen, met de molen op de achtergrond, heeft u deze digitaal, en zou u deze naar mij toe willen mailen?
en misschien heeft u nog meer?.
Ik hoor graag van u,
Hart gr Herman Verkerk
Visserij Vereniging Tienhoven.