vrijdag 27 mei 2016

Een ringend weekje

Meten is weten
Ik zou er drie afzonderlijke blogjes van kunnen maken, maar om de familie te vriend te houden maken we er maar één blog van.

Op de planning : Maandagavond zeven uur, Oeverzwaluwen ringen bij de Haarrijnseplas.
Maar ja, als het dan koud en een beetje nat is, dan mag je dat die vogeltjes niet aan doen. Het welzijn van de vogels, in dit geval de Oeverzwaluwen komt op de eerste plaats.

Waar lopen of zitten ze ?

bingo

En weer zoeken

een pul - jonge Kieivt

Een alternatief is snel gevonden. Pullen, jonge Kieviten, vangen en ringen in Leidsche Rijn. Dus op pad en de graslandjes rond The Wall en ziekenhuis afzoeken naar de jonkies en zoals al eerder op een blog vermeld, de locatie in het vizier houden en rennen naar de pul.



De avond eindigt met een leuk resultaat van veertien pullen. Sommige hadden al een ring en andere kregen een mooie nieuwe ring. En als je geen tafel en stoelen bij je hebt, ga je gewoon midden op het voetpad zitten om te ringen, te meten, te wegen en te registreren.

poep monsters


Ach, naast het ringen en het verwijderen van teken en het afnemen van bloed. Alles voor een wetenschappelijk onderzoek, kan er nog wel wat bij. Het verzamelen van poep van de pullen. Ook de poep gaat net als de andere monsters richting de universiteit voor nader onderzoek.

Dinsdagavond Oeverzwaluwen ringen.

overzwaluwen wand


Oeverzwaluw

En het was dinsdagavond wel goed weer om Oeverzwaluwen te gaan ringen. Bij de Haarrijnseplas is een betonnen wand geplaatst, speciaal voor de Oeverzwaluwen. In de wand zitten een groot aantal ronde openingen, die opgevuld zijn met aarde. De Oeverzwaluw maakt er zelf een opening in en daarachter zijn nest. De wand is nog nieuw en dit is het eerste jaar dat de zwaluwen er gebruik van kunnen maken en dat doen ze massaal. Er huizen er een paar honderd zwaluwen, die af en aan vliegen. Ook de Torenvalk kent deze locatie en zit op de reling toe te kijken.


Als de club weer compleet is, wordt het net uitgezet en een plaatsje ingericht om te gaan ringen. De opzet is om in korte tijd zoveel mogelijk Oeverzwaluwen te vangen, ze zo snel mogelijk te ringen en ze gezamenlijk weer los te laten als het net is weggehaald. Voorkomt extra werk en extra ongemak voor de vogels. Ruim 200 Oeverzwaluwen krijgen een ring. (Drie vogels hadden al een ring gekregen in Frankrijk en in Spanje.)
Oeverzwaluw






Een flinke klus voor drie ringers en drie schrijvers. Als extraatje was er de Torenvalk, die een zwaluwtje wilde pikken, maar in plaats daarvan een ring om kreeg van Yvonne.


Torenvalk


Vrijdagmorgen liep de wekker even voor drie uur af. Ringen op de CES locatie volgens het vastgestelde schema. En als je dan toch bezig gaat zou je net zo goed een uurtje eerder kunnen beginnen om nog wat andere soorten te vangen.  Ik was op tijd, verder zeg ik hier niets van.
Maar het was vandaag prima weer en wat vogels betreft werd het weer een nieuw record voor onze locatie. In totaal 140 vogels verdeelt over 21 soorten Opvallende vangsten: 19 Bosrietzangers, 5 spotvogels, 3 Grauwe Vliegenvangers, Grote Bonte Specht, 22 Tjiftjaffen.

Spotvogel

Blauwborst

Bosrietzanger

Grote Bonte Specht

Merel

Pimpelmees

Grasmus

Zwartkop vrouw

jonge Tjiftjaf

Grauwe Vliegenvanger

jonge Heggenmus


zaterdag 21 mei 2016

Crex Crex en daar vloog hij.

Kwartelkoning
(klik op de foto om het groter te zien)
Het zijn geen wereld foto’s, zelfs magertjes voor een bewijsplaatje, maar hij of zij staat er op.
Via de bronnen gelezen dat er in de buurt een Kwartelkoning huist.
Paul had hem zelfs op de foto weten te zetten, wat toch wel heel knap is.
Het beestje laat zich wel af en toe horen, maar op de foto zetten lukt maar zelden.
Daarnaast kreeg ik een berichtje van de wijkagent.
Of ik belangstelling had voor een Kwartelkoning ?.


Vanmiddag na de zangrepetitie maar eens opzoek. Ondanks de auto’s en bussen, die om me heen razen hoor ik toch duidelijk de Kwartelkoning crex-crex roepen van tussen het hoge gras.
Na weer een roep van de Koning, belt Tijs. Enigszins trots kan ik hem vertellen, dat net voor hij belde de Kwartelkoning aan het roepen was.

Sterk uitvergroot (bewijsplaatje)
Hij was net thuis, ging zijn spulletjes pakken en zou naar mij toe komen. “Ik verwacht je daar wel te treffen. Je blijft wel tot je een foto hebt voor je blog” . Ja dat wil ik wel en uit eindelijk wel gelukt.
Maar goed Tijs kwam en samen hebben we naar de Koningskwartel staan luisteren en probeerden het beestje te lokaliseren tussen het hoge gras.  Af en toe turend door de verrekijker, maar verder dan een haas of konijn kwamen we niet.


En ineens zie ik een vogel wegvliegen vanuit de plek waar we het crex-crex hoorden. De kwartel vliegt en het lukt nog net om de vlucht vast te leggen. Niet meer en niet minder. Op deze actie van de Koningskwartel was ik niet  voorbereid.
Eigenlijk toch wel leuk dat het gelukt is om het cres-crex van de Koningskwartel een aantal keren te horen en vervolgens ook nog de vogel op te zien vliegen vanuit het hoge gras. Missie geslaagd, en inderdaad Tijs een blogje. De foto’s zijn deels uitgesneden om de locatie nog enigszins rustig te houden.
De vogel laat zich niet meer horen en samen met Tijs vangen we in de buurt nog zeven jongen Kieviten, deel geringd en deel ongeringd. Die na meten en wegen en met ring weer het vrije veld in lopen..

Kievit - pul
Kwartelkoning
De kwartelkoning is een karakteristieke vogel van kruidenrijke hooilanden en grootschalige akkergebieden. Zonder speciale maatregelen komt een groot deel van de vogels niet tot broeden.

Broedpopulaties
Kwartelkoningen komen alleen in de zomer (april-september) in Europa voor. Hun broedgebied strekt zich uit van Ierland in het westen tot het Baikalmeer in Siberië in het oosten. De grootste broedpopulaties buiten Nederland vinden we in Oost-Europa en het Aziatische deel van Rusland. In landen als Polen, Wit-Rusland, de Baltische staten en Rusland, waar het landschap duidelijk minder intensief wordt benut, is de kwartelkoningen nog in veel gebieden talrijk. Grote aantallen vinden we ook in het westen van Siberië. In West-Europa vormt Nederland samen met Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië een bolwerk.

Aantallen
Kwartelkoningen hebben in de laatste 100 jaar veel te lijden gehad van de intensivering van de landbouw en verlies aan broedgebied. Al in de jaren twintig en dertig werden problemen gemeld met het uitmaaien van kwartelkoningen. In 1968 werd de landelijke broedpopulatie geschat op 875 territoria. Sindsdien is het alleen maar bergafwaarts gegaan. Gegevens van SOVON laten zien dat de Nederlandse populatie halverwege de jaren negentig een dieptepunt bereikte, met naar schatting hooguit 60 territoria. In 1997 tekende zich een opleving af. Tegenwoordig worden ook buiten de vaste gebieden in Oost-Groningen en langs de rivieren veel kwartelkoningen gemeld. Favoriet zijn vooral Drentse beekdalen, het Groningse Zuidelijk-Westerkwartier en Flevoland.

Knelpunten voor kwartelkoningen
Intensivering van de landbouw en verlies aan leefgebied hebben de kwartelkoning in grote delen van het broedgebied onder druk gezet. Steeds vroeger worden percelen gemaaid of geoogst, en zonder speciale maatregelen wordt een groot deel van de legsels verstoord. Tijdens de werkzaamheden lopen kuikens bovendien gevaar gedood te worden door de machines. Tweede broedsels zijn meestal niet mogelijk omdat geschikt habitat in de loop van de zomer vrijwel niet meer beschikbaar is.

Meer inzicht door meer gegevens
Van veel vogels weten we alleen maar dat er op plek X op die momenten een roepende vogel is gesignaleerd. Juist met wat extra gegevens krijgen we veel meer inzicht in de activiteit van de roepende mannetjes. Geef waarnemingen van kwartelkoningen daarom door.

Opvallende kenmerken

Typische ralachtige, met rank postuur en lange nek.
Opvallend lange poten, die vogels laten hangen bij opvliegen uit vegetatie.
Kenmerkende oranjebruine bovenvleugels vooral in vlucht opvallend. Buik, borst en hals zijn blauwgrijs (meestal intensiever gekleurd bij mannetjes).
Leeft zeer verborgen en aanwezigheid vaak alleen door het horen van de roep vast te stellen. Mannetjes laten vooral 's nachts het bekende tweelettergrepige "kggg- kggg" horen. Dit geluid is op rustige nachten tot op ruim een kilometer afstand te horen.
Bovendelen warmbruin met donkere vlekken. Buik, borst en voorzijde hals blauwgrijs. Oranjebruine bovenvleugels.
Lichaam 25-30 cm, gewicht 130-190 gram. Snavel vrij kort en hoog, roze.
Poten roze-bruin  (Bron; Vogelbescherming)

donderdag 19 mei 2016

Feestje bij het Parkbos


Het is een feestje bij Haarzuilens. (klik op de foto's voor een groter formaat)
Het Parkbos van Natuurmonumenten wordt officieel geopend. Nu geeft de weerradar aan dat het best weleens kan regenen als het bos geopend wordt.
Dus op tijd op de fiets om droog over te komen.
Het lukt, maar direct daarna gaat de sluis open en volgt er een pittige regenbui.
Goed voor het bos en ik sta droog in de grote tent.

Maar het wordt droog en de opening met toespraken van de directeur van Natuurmonumenten, de wethouder van Utrecht en de gedeputeerde van de Provincie, wordt de officiële opening verricht door het opspelden van een speldje op de borst van Udo Hasefras, de baas van natuurmonumenten Haarzuilen.

toespraak directeur Natuurmonumenten



Udo
Wel leuk dat de tweede speld wordt opgespeld bij Tim Kreetz de ontwerper van het Parkbos. Tim heeft er dan ook heel veel tijd en energie in gestoken.

Tim Kreetz
De fotograven, waaronder Marnix Schmidt, zijn drukdoende met foto’s maken van de tot bomen omgetoverde steltloopsters.
De volgende dag zie ik zijn foto dan ook terug in de krant.

Marnix in actie voor het AD
Daarna mag iedereen het Parkbos in voor een wandeling of blik vanaf de hoogwerker.
Ik vertrek om naar een afspraak met Tijs te gaan.

pa & ma Scholekster
Samen het dak op van het politiebureau Leidsche Rijn. Kijken hoe groot de jonge Scholeksters inmiddels zijn. Waarschijnlijk zijn ze zo goed als volwassen, omdat we ze niet meer terugvinden op het dak. Van de dienders horen we dat ze over de dakrand naar beneden komen om vervolgens over de grond hun weg te vervolgen naar volwassenheid. Het lege nest vinden we terug met nog delen van de eierschaal.

nest met eieren Scholekster


Maar er is inmiddels een nieuw nest. Het woord nest is eigenlijk niet van toepassing. Een kuiltje tussen de stenen, meer is het niet.  In dit kuiltje liggen drie nieuwe eieren. Dit keer wat vaker controleren om de voortgang in de gaten te houden.

Visdief
Een paartje visdieven vinden het ook niet prettig dat we op het dak van het politiebureau lopen. Waarschijnlijk hebben ze ook een nest, vermoedelijk op het dak van het zwembad.

Vooruit omdat ze zo mooi zijn uitgedost, nog één foto.