donderdag 20 februari 2025

Langs het Merwedekanaal

Merwedekanaal
Een ochtend op pad met oud collega’s en onder leiding van Peter Gieling.
De start is bij restaurant De Buurten in Oog en AL in de voormalige Cereol fabriek.
Daarna volgt een tocht op de fiets van rond de 12 km.
Ik kan er nog geen beeld van maken en laat mij verrassen.


Tijdens de fietstocht wordt mij wel duidelijk wat het onderwerp van de route is, maar door de dubbelfunctie van luisteren en foto’s maken gaat er toch nog wel wat verloren.
Maar ons aller internet geeft inzicht  in deze materie en alles begint een plekje te krijgen. Het is toch een bijzonder stuk geschiedenis zo op de rand van Utrecht.
Hoe krijg ik het beknopt in beeld.

Stichtse olie- en lijnkoekenfabriek Creol

HET MERWEDEKANAAL

Het Merwedekanaal verbindt het Amsterdam-Rijnkanaal in de stad Utrecht met de Boven-Merwede ten zuiden van Gorinchem. Tussen Nieuwegein en Utrecht wordt het Merwedekanaal gekruist door het Amsterdam-Rijnkanaal en tussen Nieuwegein en Vianen door de rivier de Lek.

Geschiedenis

Door het Noordzeekanaal (1876) werd Amsterdam weer bereikbaar voor grote zeeschepen en ontstond behoefte aan verbetering van de waterverbinding.

De klachten over ondiepten in de Keulsche Vaart hielden aan. Schepen lagen soms weken lang vast op zandplaten in de Vecht voor ze verder konden. En met name de passage van dorpen als Breukelen en Maarssen bleef problematisch. Daarnaast ontstonden bij deze dorpen telkens nieuwe ondiepten door vuil en afval dat de bevolking en plaatselijke fabrikanten in de rivier gooiden

Het Merwedekanaal is gegraven om de positie van Amsterdam als zeehaven veilig te stellen. Het moest de hoofdstad beter verbinden met het Duitse achterland.
In het begin van de 19e eeuw liep de vaarverbinding van Amsterdam met de Rijn via de Zuiderzee en de Vecht.  De Zuiderzee was echter gevaarlijk voor de toen gebruikte binnenvaartschepen en de Vecht was te smal, te bochtig en te ondiep voor de in omvang toenemende ‘Keulenaars’, de schepen die op Duitsland voeren.



Muntsluis
De Muntsluis is wellicht de beste plek om het Merwedekanaal te begrijpen.
Bij de voormalige veevoederfabriek  ligt een in 1884/1885 gebouwde sluis.
Ernaast, aan de stadskant, ligt een in 1904 opgeleverde tweede, 14 meter brede sluis.
Beide sluiskolken zijn 120 meter lang, ook nu nog een indrukwekkende lengte.
Binnen tien jaar tijd verdubbelde het aantal schepen in de sluis.
De wachttijden voor schippers liepen op. Het in 1905 bij de sluis geopende café Kanaalzicht deed hierdoor goede zaken.

Na de aanleg van het kanaal vestigden zich tal van nieuwe en grote industrieën eraan. zoals Demka, 's Rijks Munt,  Twijnstra's Oliefabriek N.V. en de Coöperatieve Stichtsche Olie- en Lijnkoekenfabriek. UTD-fabrieken

(De Rijksmunt verhuisde in 1907 van de Oudegracht naar het kanaal, omdat die veel betere mogelijk heden bood voor de afvoer van de  geslagen munten naar de Nederlandsche Bank in Amsterdam.)

Het Merwedekanaal speelde ook een rol in de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Vanuit de Lek kon water aangevoerd worden om de landerijen ten noorden van Utrecht onder water te zetten. De vijand kon de stad Utrecht dan niet meer bereiken.

Muntbrug



de Munt

De Muntbrug in Utrecht is de enige oorspronkelijke brug die alle moderniseringen van het kanaal heeft overleefd. De Muntsluis, de sluiswachterswoningen en de mooie draaibrug over het kanaal bij de Munt vormen een passend ensemble. 

Omdat het Merwedekanaal niet meer aan de eisen van de tijd voldeed, ( bruggen en sluizen) werd het langere, bredere en diepere Amsterdam-Rijnkanaal gegraven.

De fabrieksgebouwen van Douwe Egberts staan precies op het punt waar het nieuwe tracé van het Amsterdam-Rijnkanaal zich afscheidt van het oude Merwedekanaal.

STICHTSCHE OLIE- EN LIJNKOEKENFABRIEK CEREOL

Cereol
Aan de Utrechtse Merwede verrees in 1908 de Coöperatieve Stichtsche Olie- en Lijnkoekenfabriek Cereol. De voornaamste taak was het winnen van olie uit lijnzaad. Uit de restmaterialen die overbleven tijdens het productieproces werden veekoeken geproduceerd.

Na een faillissement in 1973 gebruikte een nieuwe buitenlandse eigenaar de fabriek voor het bewerken van soja. In al die jaren vormde de fabriek een flinke bron van overlast voor de omliggende wijk Oog in Al.

In 2002 sloot de fabriek de deuren sloot en werd opgekocht door de gemeente.  In 2008 werd het industriële erfgoed echter getroffen door een heftige brand, die alleen door de bakstenen buitengevel werd overleefd.

In juli 2014 werd de Cereolfabriek opnieuw in gebruik genomen. Tegenwoordig komen buurtbewoners er om de basisschool met BSO, de gymzaal, de bibliotheek of kantoorruimtes te bezoeken. Maar met een restaurant, wijkkunstencentrum en theater trekt de Cereolfabriek bezoekers uit de wijde omgeving.

VILLA JONGERIUS

Villa Jongerius

Een uniek stukje erfgoed in Utrecht, gebouwd in 1938 door de ondernemer Jan Jongerius. De villa, een bijzondere combinatie van Art Deco en modernisme, was jarenlang het kloppende hart van zijn autobedrijf en internationale handelsnetwerk. Na een zorgvuldige restauratie heeft deze historische locatie haar oorspronkelijke glans herwonnen en straalt zij weer als een symbool van ondernemerschap en innovatie.

Jan Jongerius (1888-1941) werd geboren in een Utrechtse hoveniersfamilie. Hij begon zijn carrière in de groentehandel van zijn vader. Het bedrijf verzorgde onder andere de levering van groente en fruit aan de vele kazernes in en rondom Utrecht.

Transport met paard en wagen maakte in deze periode plaats voor de automobiel en zo kwam Jan Jongerius in 1921 in contact met de Texas Company (Texaco). In opdracht van dit Amerikaanse bedrijf plaatste hij de Texaco benzinepompen door heel Nederland.

Jan Jongerius werd vervolgens in 1925 officieel Forddealer met onder andere garages in Utrecht, Amsterdam en Arnhem en werd in Utrecht al snel bekend onder zijn bijnaam: Jan Ford.

In korte tijd wist Jan Jongerius zijn bedrijf uit te bouwen tot de grootste Forddealer van Nederland en fabrikant van o.a. autobussen, vrachtwagens en kraanwagen.

In 1941 stierf Jan Jongerius plotseling op 52 jarige leeftijd. In 1954 werd het bedrijf failliet verklaard en kwam het gehele Jongerius terrein, inclusief het woonhuis en het kantoor in bezit van Defensie.

In 2006 werd door een aantal kleinkinderen de Stichting Vrienden van het Jongerius Complex opgericht met als doel het behoud en de restauratie van het totale Jongerius Complex.

HET HUISJE VAN MIEN

Huisje van Mien

Van Zijstweg 51, ook bekend als het Huis(je) van Mien, is een voormalige hovenierswoning in de stad Utrecht, die staat tussen de Jaarbeurs en de Veilinghaven. Het pand werd tussen 1996 en 2019 bedreigd met sloop.

Het huis werd gebouwd rond 1875, toen het Merwedekanaal nog niet was aangelegd. Het werd betrokken door de hoveniersfamilie De Groot. Bij de aanleg van de Veilinghaven bleef het huis gespaard, en rond 1927 werd het in art-decostijl verbouwd naar ontwerp van de Utrechtse architect J. Wentinck.

In 1996 kocht de gemeente het pand met de bedoeling het te slopen. Voorwaarde was dat Mien de Groot (1912-1998), die in het huis was geboren en nooit ergens anders had gewoond, erin mocht blijven wonen. Na haar dood, twee jaar later, werd het pand gekraakt.

Monumentenbeschermers maakten bezwaar tegen de sloopplannen vanwege de status van laatste hovenierswoning en de art-deco kenmerken. Het pand werd in 2007 voor het publiek opengesteld tijdens Open Monumentendag en voor een huiskamerconcert.
Bijzonder is het interieur met bedsteden, opkamers en de trap in art-deco stijl.

Veilinghaven



Stukje geschiedenis






Mobach pottenbakkerij

Merwedekanaal

gereedschapsfabriek

Neerlandia

Amsterdam Rijnkanaal

Noordersluis - Amsterdam Rijnkanaal

Rijkswaterstaat

Galecopperbrug

Prins Clausbrug



Op de kop bij Amsterdam Rijnkanaal - Merwedekanaal


Douwe Egberts


zaterdag 15 februari 2025

Ieder jaar hetzelfde

Mijn eigen geknotte boom

Nu is dat niet zo erg, we doen het namelijk graag.  Lekker zagen en slepen met de wilgentakken.
Alhoewel takken de lading niet helemaal dekt.
De meeste takken die er afkomen lijken meer op boomstammetjes.

 Valt onder de categorie vals spelen, als er zo af en toe een kettingzaag langskomt om de hele dikke er tussenuit te zagen ?

En zoals het hoort, doen we het weer om en om.
Regelmatig fietst er iemand langs op weg naar een volgende wilgenboom.

Het was nog fris, maar met een zonnetje en flink doorwerken een prima zaterdag, om als vrijwilligers van Natuurmonumenten samen aan de gang te zijn.

En het kon nog, 15 maart 2025  begint weer het broedseizoen en kan er niet meer geknot worden.